Kunstontmoeting 9
Valt het u ook op dat er de laatste tijd veel openingen en heropeningen zijn van musea? De laatst geopende en voor ons meest bekende zijn natuurlijk het Rijksmuseum en het van Goghmuseum in Amsterdam. Vooral het Rijksmuseum, dat na 10 jaar verbouwing weer open ging, kreeg veel aandacht. De ‘Nachtwacht’ diende als achtergrond voor het diner tijdens de troonswisseling. Een mooiere omgeving hiervoor is niet denkbaar. Een bezoek aan deze musea heb ik nog even uitgesteld. Wel ben ik naar het MAS in Antwerpen geweest dat in mei 2011 geopend is. MAS staat voor ‘Museum Aan de Stroom’ en de stroom is natuurlijk rivier de Schelde. De bron van de Schelde ligt bij de plaats Gouy-Le-Catêlet op het plateau van Saint- Quentin in Noord Frankrijk. De aanwezigheid van rivieren hebben voor mij iets bijzonders en levendigs. Door de stroom, het licht en bijzondere luchten voel en zie ik de beweeglijkheid van het water. Het leven op en rondom rivieren hebben een andere dynamiek. Het ritme van de dag kan je hier in vele kleurnuances ervaren. Het MAS wordt ook wel ‘stapelhuis’ genoemd of ‘stapel koffers’, en is gebouwd op een eiland in de haven. Het bestaat uit 9 verdiepingen en een dakterras. Vroeger toen de oude haven nog het middelpunt was van handel en scheepvaart, stond hier het ‘Hanzehuis’ dat als pakhuis diende.
Onze eerste proeffietsvakantie, met onze toen nog jonge kinderen, was naar Antwerpen. Het was Koninginnedag en prachtig weer. Wij fietsten via de haven naar de stad richting camping aan de linkeroever van de Schelde. De plannen voor het havengebied lagen er al en we moesten als het ware door een grote bouwput fietsten. Uiteindelijk verrees hier het grootste museum van Antwerpen, het MAS.
Uit 55 ontwerpen vanuit de hele wereld werd het prachtige ontwerp van het ‘stapelhuis’ gekozen van het Nederlandse bureau Neuteling Riedijk Architecten. De aanwezigheid van dit museum vormt de verbinding tussen de oude en nieuwe haven van Antwerpen. Als je de stad binnen gaat, valt dit bijzondere rode gebouw op tussen de vele andere gebouwen. Aan de oude haven staan enkele originele bruine cafés, waar je de sfeer van het verleden nog proeft.
Een gepensioneerde architect, met een heerlijk Vlaams accent, leidt ons rond. Hij weet veel over de ontstaansgeschiedenis van het MAS, omdat hij er steeds nauw bij betrokken is geweest. Hij laat verschillende ingezonden ontwerpen zien van beroemde architecten.
De keus voor het ‘stapelhuis’ is o.a. genomen omdat het oud en nieuw verbindt en het een doorkijk van de oude haven naar de nieuwe haven biedt. De mooie hoge en golvende ramen lijken op de branding van de zee. Daardoor is het of de verdiepingen zweven. De aanwezigheid van het MAS benadrukt de verbinding met de wereld die er door de eeuwen heen is geweest. Vanuit alle windrichtingen kwamen en gingen schepen met handelswaar. Scheepslui vertrokken op zoek naar nieuwe oorden en nog meer handelswaar. Wat moet er aan de kade veel hebben plaatsgevonden. Hier werd afscheid genomen van geliefden, vrienden, familie. Vol verwachting werd er uitgekeken naar de terugkomst. Soms in bange afwachting wanneer en of er een weerzien zou zijn. Wat kon er onderweg niet gebeuren, ziekten, dood, schipbreuken die geleden werden. Sommigen kozen voor een leven ver weg van het geboorteland en namen hier voorgoed afscheid van hun geboortegrond. Daarom moest dit museum een plek zijn waar mensen samenkomen en elkaar ontmoeten.
Zonder toegangskaart mag iedereen het ‘stapelhuis’ in en op elke verdieping rondkijken. Met de vrije toegang wordt het MAS als ontmoetingsplaats nog meer benadrukt. Iedereen kan in en uitlopen, jong, oud, rijk, arm, kunstkenner of leek, Antwerpenaar of toerist. Voor de museumzalen is wel een toegangskaart nodig. De 4 thema’s van de vaste collectie zijn: machtsvertoon, wereldstad, wereldhaven en leven en dood. De bedoeling van de collectie is dat iedereen zich hierin kan terugvinden om het verleden en heden, met een vernieuwde blik te bezien.
Op de verschillende verdiepingen, die je met de roltrap kan bereiken, zijn op de rode wand, plafond en vloer ongeveer 3000 medaillons van de schrijver Tom Lanoye en grafisch ontwerper Tom Hautekiet aangebracht. Ze hebben zich laten inspireren door Palmanova, een vestingstadje ten noorden van Venetië, dat is ontstaan tijdens de renaissance. Palmanova wordt ook wel ‘sterrenstad’ genoemd omdat het van boven, op een 9 puntige ster lijkt. De tekst op de medaillons is zo geschreven dat je bij ieder woord kan beginnen: ‘Waar water waakt en wat er waard was later werd bewaard als .........’ Als je het hardop leest, voel je de stroom en de op- en neergaande beweging van de getijden onder invloed van de maan.
De buitenmuur van het gebouw bestaat uit handgekliefd rood zandsteen uit Noord India. De rode kleurschakeringen accentueren de levendigheid en warme uitstraling van het gebouw. Heel bijzonder zijn de aluminium handjes op de buitenmuren, eveneens ongeveer 3000 stuks. Voor het handje is gekozen omdat dit in het wapen van Antwerpen staat. Op het wapen van Antwerpen zie je echter diagonaal afgebeelde handpalmen en op het MAS zie je de rug van verticaal staande handjes. Dit opgerichte gebaar is een wezenlijk verschil met de diagonale handpalm. De handpalmen lijken iets te willen tonen en het rughandje lijkt naar boven te wijzen, bijna als een richtingwijzer.
De architect die ons rondleidt had liever gezien dat er voor doodskopjes was gekozen, als symbool voor het herrijzen van dit vervallen, en lange tijd dode, deel van de stad. Het hoogste en hoogtepunt van dit kunstwerk is het uitzicht op het dak waar je over de stad kunt uitkijken. Als je op het dakterras staat en je kijkt naar beneden, dan zie je in het mozaïek van het museumplein, een torso met een doodshoofd ‘Dead Skull’ van de kunstschilder Luc Tuymans. Als je op het plein staat zie je alleen wit en grijstinten, maar je hebt niet in de gaten dat het iets uitbeeldt. Alleen vanaf grote hoogte zie je de afbeelding van de dood. De wit- en grijstinten van de ‘Dead Skull’ onderstrepen het gevoel van de levendige en warme aanwezigheid van het ‘stapelhuis’. Het geeft weer, hoe vanuit het dode het levende zich opricht en verbinden kan.
Bij mij roept het ‘stapelhuis’ associaties op met de trappiramide. Het lijkt macrokosmos en microkosmos samen te brengen. De aanwezigheid van dit mooie museum vol zinnebeelden, maakt de bezoeker bewust van de ontwikkeling als mens in deze wereld en voert je mee in de stroom van de tijd.
Irene Tjio, kunstzinnig therapeut beeldend (BAT)